Om medicijntekorten in apotheken tegen te gaan, verplicht de minister van VWS groothandels en handelsvergunninghouders al een paar jaar om buffervoorraden van medicijnen aan te houden. De minister weet niet of de voorraden hierdoor daadwerkelijk groter geworden zijn. Volgens de Algemene Rekenkamer is het niet waarschijnlijk dat patiënten minder vaak met lege handen de apotheek moeten verlaten.
De minister kan niet vaststellen of de verplichte medicijnvoorraad werkt, zo meldt de Algemene Rekenkamer. De minister weet volgens deze instantie niet of de bedrijven genoeg medicijnen als buffer bewaren. Ook het toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) levert die informatie niet op. De minister weet daardoor niet of bedrijven zich houden aan de verplichting. Ze heeft geen zicht op hoe groot de tekorten voor patiënten in de apotheek zijn. Het is ook niet duidelijk hoe groot de medicijnvoorraden waren die werden aangehouden vóór het ingaan van de regel. Daardoor is het niet na te gaan of de voorraden nu groter zijn.
Inspecties
De IGJ zegt op basis van de inspecties dat de meeste bedrijven zich aan de regel houden. Volgens de Algemene Rekenkamer kan de IGJ dat niet weten. Dat komt doordat bedrijven allemaal op hun eigen manier berekenen hoeveel voorraad ze nodig hebben. Die modellen zijn voor IGJ moeilijk te doorgronden. Bovendien is het voor de IGJ niet mogelijk om alle voorraden fysiek na te tellen. Dat komt onder andere doordat de voorraden soms op een andere plek liggen dan bij het bedrijf dat IGJ inspecteert. Ze kijken dus alleen naar de administratie van het bedrijf. Of deze voorraadadministratie klopt, gaat de IGJ niet na.
Geschrokken
Patiëntenfederatie Nederland meldt geschrokken te zijn van conclusie van de Rekenkamer dat het zicht en de controle op medicijntekorten- en voorraden in Nederland tekortschiet. “Juist bij iets essentieels als medicijnen mag er geen sprake zijn van onduidelijkheid of vrijblijvendheid. Goed toezicht en inzicht in de tekorten en voorraden zijn onmisbaar om tekorten te voorkomen.”